We komen aan in Honningsvåg, een stadje met zo’n 2.600 inwoners. Het is een soort hoofdstad van Magerøy, hetzelfde eiland waar ook de Noordkaap op gelegen is. Onze vriend Jeroen komt een paar dagen meezeilen en we pikken hem in Honningsvåg op. Hij vliegt naar Kirkenes vanuit Nederland en neemt daarna de beroemde coastal steamer Hurtigruten welke in Honningsvåg ook stopt. Weliswaar om 5:45 uur maar hé ook daar draaien we onze hand niet voor om. We vinden een mooi plekje in de goed beschutte en pittoreske haven langszij een oude vissersboot. Er is geen gastensteiger alleen een heel klein krakkemikkig stukje hout van zo’n 5 meter lang waar gastboten aan kunnen liggen. Voor de rest ligt de haven helemaal vol met vissersboten dus niet echt plek voor ons. Gelukkig kunnen we naast dit schip liggen en met onze generator zijn we ook niet afhankelijk van walstroom, want dat zit niet bij deze langszij-service van dit schip inbegrepen. Er is ook verder niemand in de buurt te vinden dus we hopen maar dat het schip niet morgenochtend vroeg wil vertrekken.. In de avond voor Jeroen zijn aankomst wandelen we nog wat rond in het stadje en gaan op zoek naar het visserscheepje waarvan we de boeien hebben overvaren (zie vorige blog). Op de foto die we van de boeien hebben gemaakt kunnen we met moeite een nummer en een naam aflezen en ja hoor…. na wat rondlopen vinden we het bijbehorende scheepje :-)). Geen visser te bekennen dus we kunnen geen praatje maken maar toch leuk dat we het puzzeltje hebben opgelost.
Even de toerist uithangen
Omdat Matthijs een dagje moet werken pakken Jeroen en ik de volgende dag de bus naar de Noordkaap. Nu we toch op dit eiland zijn is dat natuurlijk wel een must-do en ook leuk voor Jeroen die hier helemaal is heen gevlogen. Matthijs heeft niks met zulke toeristische attracties dus blijft met alle plezier aan boord en geniet van het rijk alleen. Ik vind het altijd wel leuk zulke uitstapjes. Als we de bus willen pakken, die maar 1x per dag gaat, staan er wel 150 mensen in de rij! Oh shit, misschien gaat dit hele feest niet door… even later komt er een 2e bus maar die is net voor onze neus vol. We blijven wachten en ja hoor, een 3e bus! Gelukkig :-). De route over het eiland is prachtig en omdat we meestal het land vanaf zee zien vind ik het altijd leuk om roadtripjes te maken. In dit geval is het net een maanlandschap met steile rotsen die in zee storten afgewisseld met glooiende groene landschappen, en dit alles zonder bomen want die groeien hier op 71 graden noord niet meer. Bij de Noordkaap maken we natuurlijk een fotootje met het beroemde beeld en voor €30 de neus bekijken we een soort museum onder de grond met kapel en een mini Thais museum omdat de Thaise koning hier ooit is geweest. Het is echt veeeeeeel te duur voor wat we krijgen want het museum stelt niks voor maar om koffie te drinken en de souvenirs shop te bezoeken moet je deze 30 piek ook betalen. Maar goed, ik heb ook geen zin om buiten 1,5 uur in de harde wind te staan wachten tot de bus terug gaat. Dus al met al toch goed besteed voor een warm koffietje en wat vertier.
Noordkaap met het beroemde globe-beeld
Terug in Honningsvåg duiken Jeroen en ik het Nordkapp museum in en leren we nog wat meer over het eiland, de visserij en de provincie Finnmark zelf. Het plan is om verder naar het oosten te zeilen en in het museum zien we een film waarop een eeuwenoud labyrint te zien is vlakbij Gamvik, een plaatsje ten oosten van de Noordkaap. Jeroen is helemaal enthousiast en wil daar graag heen, en zo hebben we na ons museumbezoek een mooi doel voor de komende dagen. Ik vind ook nog prachtige bodypaint kunst in het museum van Vilija Vitkute, een kunstenares dat de menselijke relatie met de natuur op een geweldige manier vastlegt. Zie hieronder de foto’s of lees hier meer over haar. De volgende dag is de wind goed en kunnen we gaan. Matthijs laat alleen een Gardena koppeling van de buitendouche overboor vallen en deze hebben we wel nodig onderweg. Aangezien we na Honningsvåg niet echt grote plaatsen tegenkomen is dit de enige plek waar we nog kans maken om een nieuwe te kopen dus gaan we op jacht. En ja hoor, we vinden er één! We duiken ook nog even een visserijwinkel in waar ze allemaal maritieme spullen verkopen, voor ons altijd een walhalla om te zijn :). We kopen 100 meter lijn dat we nodig hebben voor de nieuwe bulletalies (om het grootzeil vast te zetten zodat je niet kan gijpen), visspullen, waterdichte handschoenen om vis mee schoon te maken (vooral fijn als het straks vriest) en nog wat kleine dingen. Na de lunch en een lekkere koffie bij het plaatselijke bakkertje is het dan eindelijk tijd om te gaan!
Kamøyvær
We varen verder naar Kamøyvær, een piepklein plaatsje ongeveer 10 km ten noordoosten van Honningsvåg dat zo’n 70 inwoners telt. We zijn nieuwsgierig en voordat we verder oost-Finnmark induiken willen we dit plaatsje graag aandoen. Na een rustige zeiltocht van 17 mijl met Jeroen aan het roer ploffen we vlakbij het dorp tussen wat eilanden het anker erin. De volgende ochtend maken we ons op voor een frisse ochtendduik en gaan we op pad met de bijboot het Kamøyfjord in. We zien ontzettend veel rendieren in de bergen en als we even aan land gaan plukken we weer de wereld aan bessen. Even later varen we naar het dorp en parkeren we de bijboot in de spiksplinternieuwe haven. We zijn helemaal verbaast dat zo’n klein plaatsje zo’n luxe haven heeft, dit stond ook nog niet op onze kaart en Google Maps verwerkt. Blijkbaar wordt ook hier nog vooral geleefd van de visserij en Kamoyvaer blijkt een goede uitvalsbasis om de Barentszee op de varen voor de vis. Geld voor een mooie haven dus. In het dorp bezoeken we een kunstgalerij, lopen langs de oude haven waar ontzettend veel visgerei te zien is en drinken een biertje in het zonnetje bij een klein hostel. Niet gedacht dat hier nog zoveel te beleven zou zijn! Omdat er vanaf zee best wat deining staat en onze ankerbaai in rolt, besluiten we Saraban’de in de nieuwe haven te leggen voor de nacht. We liggen dan net wat rustiger en zo kunnen we een goede nacht pakken voor de lange tocht die ons morgen te wachten staat.
Verder oostwaarts
De volgende ochtend gaan we de Barentszee op richting Mehamn, een tocht van 45 mijl (80km) verder naar het oosten. Er staat 15 tot 25 knopen uit het zuidoosten (bft 4 tot 6) en ik vind het best spannend om te gaan. Met z’n tweeën is het altijd al wel wat spannend om de zee op te gaan want je weet nooit wat je precies kan verwachten maar met een gast erbij vind ik het nog spannender. De tocht is best lang zo’n 9 uur en het waait behoorlijk. Wat nou hij als het niet leuk vindt, of als er hoge golven staan en hij is de hele weg zeeziek, dan wordt het een heeeele lange dag… gelukkig gaat het goed en hebben we een supermooie dag. Jeroen vindt het allemaal prachtig en ik verbaas me dat hij niet ziek wordt voor iemand die niet gewend is aan de bewegingen, er staan toch best wel wat golven. Omdat de aanvankelijke bestemming in Kjøllefjord niet bezeild is, besluiten we de koers iets te verleggen en zeilen we door naar Mehamn. Schipper Matthijs noteert in het logboek voor de dag:
“Mooi dagje aan de wind zeilen, met in het begin wat ruige golven en wind, later onbezeild geen wind en weer later 22 knopen wind. Een typisch Noors zeildagje. Zeilvoering: bezaan, Grootzeil ( soms 1x gereefd), kotter en fok ( soms 1 streepje gereefd). Mooie hulp gehad van de stroming en maat Jeroen heeft zich als voortreffelijk bemanningslid bewezen vandaag.”
Saraban’de onder zeil onderweg naar Mehamn
Bij aankomst in Mehamn krijgen we sinds lange tijd weer eens een bui over ons heen en dit zorgt voor spectaculaire luchten tegen de mistige magische bergpartijen aan. We vinden een mooi plekje in de vissershaven aan een stevige drijfsteiger. Wederom geen zeil- of motorboot te bekennen, alleen maar vissersschepen. Ook Mehamn is weer een vissersdorp bij uitstek en met twee visfabrieken leeft de bevolking hier vooral van de visserij. Onlangs is er een visfabriek gesloten en we leren dat het niet zo goed gaat met de visserij. De enorme vissersboten, trollers genoemd, kopen veel van de quota’s op zodat ze heel veel mogen vissen. Dat mochten ze al ver de zee op maar sinds 2020 mogen ze ook dichter onder de kust vissen. Volgens de ‘kleine vissersboten’ scheppen ze de zee leeg met hun grote sleepnetten en blijft er weinig voor hun over. Ook is de kleine visserij voorzichtiger met jonge vis vangen zodat deze nog kunnen groeien en later meer opleveren en houden ze er rekening mee dat de vissen zich nog genoeg kunnen voortplanten en er dus altijd vis is. Iets waar de ‘grote jongens’ niet op letten volgens hun. Wij vinden onderweg wel ontzettend veel afval als balletjes, vislijnen, boeien en vlaggen van de kleine vissersboten, deze gaan wat ons betreft dus ook niet helemaal vrij uit…. Maar goed, veel visfabrieken aan de noordkust van Noorwegen maken nu al verlies en als het zo door gaat kan de kleine visserij wel eens helemaal ophouden te bestaan. Ik ben benieuwd wat er dan met de dorpjes gebeurt, veel jonge Noren trekken nu al veel naar de steden, de Noren die we tegenkomen zijn veelal gepensioneerd en de mensen die in de fabrieken werken komen vooral uit Polen en Litouwen. Een grappig feitje, de Litouwers bestempelen de Polen hier als lui, iets wat wij in Nederland niet echt kunnen voorstellen met alle hardwerkende Polen haha. Blijkbaar zijn Litouwers nog taaier.
We blijven twee nachtjes in Mehamn en verkennen het dorpje wandelend. Met haar 700 inwoners is het een klein plaatsje en zijn we er zo doorheen. Het hoogtepunt is toch wel het Christmas Museum waar we even binnenwandelen maar ook snel weer buiten staan. De poortwachter verzoekt ons te wachten omdat het Mehamnse bejaardentehuis een uitstapje heeft en het museum aan het bekijken is. Hij is bang dat wij een enge ziekte hebben en de mensen aansteken. Geen probleem natuurlijk, ik vraag me alleen of of hij zich ook zo druk maakt om de bejaarden die op het terrasje zitten te roken. Wij hebben in de deuropening al een glimp van het museum opgevangen en werden meteen duizelig van de duizenden kerstpoppetjes die uitgestald staan. Genoeg Christmas Museum voor ons. De poortwachter meldt ons nog wel dat hij nog geen alcohol verkoopt zodra wij afscheid nemen, toch gek om 11:00 uur ’s ochtends. Later leren we dat deze man dé alcoholist is van het dorp, iets met waar het hart vol van is…. De volgende ochtend hebben we een bijzondere ontmoeting met een man die 20 jaar in Farmhamna (Spitsbergen) als jager heeft gewoond. Wij hebben daar ook voor anker gelegen toen we op Spitsbergen waren vorig jaar dus het was leuk om verhalen uit te wisselen. We drinken nog een kopje koffie mét wat lekkers waarna we in de middag vertrekken naar Gamvik.
Gamvik
Wat een gentle “bakstagwindje” had moeten worden, werd een middagje kruizen in de zon omdat we “te laat” vetrokken zijn. In de ochtend was de wind nog gunstig maar nu hebben we hem wat tegen. Desalniettemin is het weer een prachtige zeildag met zo’n 18 graden en een zonnetje. Als we na een tochtje van 17 mijl (30 km) in de buurt van de haven van Gamvik komen zijn we even gedesoriënteerd vanwege een golvenbreker die er wel is maar niet op de kaart staat. We stuiteren met zo’n 20 knopen wind en 6 knopen aan bootsnelheid richting de haven met overal rotsen en stenen om ons heen dus als je dan niet helemaal op je kaart kan vertrouwen is dat best lastig. De koers naar de haven is ook nog eens plat voor de wind en na keer 2 gijpen (wel gecontroleerd gelukkig) en zigzaggend tussen de golfbrekers door zijn we in de beschutting van de haven en kunnen we de boel strijken. We vinden een mooi plekje in de vissershaven in een grote box en Matthijs kan op de stroompaal de naam van het schip aflezen. Op Marine Traffic zien we dat dit schip bij de Lofoten vaart en naar het zuiden gaat dus daar hoeven we ons niet druk om te maken. In de avond maakt Jeroen een lekkere blueberrytaart van de bessen die we geplukt hebben, eten we burgers en drinken we borrels. Het is goed toeven aan boord van Saraban’de :-). We zien die avond ook voor het eerst weer de maan sinds april, heel bijzonder! Van eind april tot half augustus wordt het niet donker in het noorden van Noorwegen vanwege de middernachtzon. Het was dus al even geleden dat we een maan zagen en zo worden we meteen weer met de neus op de feiten gedrukt dat de dagen écht korter worden.
In totaal blijven we een kleine week in Gamvik. Jeroen is er nog een paar dagen en samen verkennen we het plaatsje. Ondanks dat er maar 300 mensen wonen is er van alles te beleven hier. Eerst brengen we een bezoek aan het museum. De omgetoverde oude visfabriek is klein en we zijn de enige bezoekers. Voor €5,00 gaat er echter een wereld voor ons open. We krijgen eerst buiten al een hele uitleg over de omgeving en het museum van de man achter de receptie. Hij vertelt over de geschiedenis van Gamvik en de ruigheid van het gebied. “De Slettnes vuurtoren hier 3km vandaan is een belangrijk baken voor Gamvik”, legt de man uit. “Het waarschuwt voor het gevaar van de ondiepe kust, op veel plekken maar 2 tot 3 meter diep. Daar wil je niet zijn vooral niet als het stormt en vele schepen zijn hier dan ook vergaan. Niet lang geleden zijn een vader en zoon hier nog op de klippen gelopen met hun vissersboot. De jongen vonden ze vrijwel meteen dood om een steen heen geklemd, de vader werd later aan de kust door kinderen gevonden die op zoek waren naar botten van dieren. Maar toen ze de man vonden kreeg hun botten-avontuur wel een heel luguber tintje. De vader mistte ook nog zijn hoofd en omdat hij een bankpasje in zijn kontzak had konden ze hem identificeren. Dit gebeurt altijd eigenlijk als de mensen in de winter over boord slaan”, vertelt de man verder. “Het is dan zo koud en omdat het hoofd niet bedekt is met kleding vriest dit als eerste eraf. Daarna missen de mensen vaak ook handen, om dezelfde reden”. Pffff, nou we zijn wel even ontdaan door het verhaal, nog niet eens binnen in het museum geweest. Ook al vertelt de man dit alsof het een soort van normaal is hier, zie ik ook bij hem best wel wat emotie over alle verloren mensen op zee en vooral ook de kinderen die de vader vonden, daar was hij wel even zichtbaar door ontdaan.
We gaan naar binnen waar Kai, een local van in de 70 die toevallig in het museum is, ons een uitgebreide rondleiding geeft. Hij vertelt honderduit over alles wat er te zien is, echt zo leuk. Ook hij vertelt van alles over de Slettnes vuurtoren dat deze uit 1902 stamt, is verwoest tijdens de oorlog en weer opnieuw is opgebouwd. Ik vraag of we er ook in mogen. “Hmmm”, denkt Kai hardop, “de vuurtoren is gesloten en er wordt onderhoud gepleegd aan de gebouwen eromheen, maar ik kan jullie de sleutel wel geven..”. “Nou dat zou helemaal geweldig zijn!” antwoord ik terug. Terug bij de receptie regelt Jeroen nog even een lift met Kai voor de volgende ochtend naar Mehamn, omdat er in Gamvik geen openbaar vervoer gaat en dan brengt Kai ons ook nog met zijn auto naar de vuurtoren. Hij moet zelf snel weer door dus geeft ons de sleutel en benadrukt ons om wel de deur vanbinnen op slot te doen zodat er niet meer mensen in kunnen. Nu hebben we deze 39 meter hoge meest Noordelijke vuurtoren van de wereld dus even helemaal voor onszelf! Bizar. We lopen de 139 treden omhoog en boven genieten we van een prachtig uitzicht, een lekkere lunch en de blueberrytaart van Jeroen. Ons geluk kan niet op.
De Slettnes vuurtoren vanaf zee
Eeuwenoude dorpjes en een labyrint
Vanaf de Slettnes vuurtoren wandelen we verder richting het westen opzoek naar een labyrint. In het museum van Honningsvåg zagen we een filmpje dat er vlakbij Gamvik een eeuwenoud labyrint is te zien en dat dit nu nog steeds als een krachtplek wordt ervaren. In het filmpje zeiden ze zelfs dat veel Nederlandse healers speciaal deze spirituele plek opzoeken. Tijdens de wandeling komen we eerst het verlaten dorpje Steinvåg (‘stenen baai’) tegen. Hier zijn restanten te zien van een levendig plaatsje 100 jaar geleden. Steinvåg was een belangrijke ontmoetingsplaats voor vissers van heel Noorwegen en er was zelfs een winkel en een school. Door de vele vis zoals kabeljauw, koolvis, zalm en heilbot was het ondanks het ruige klimaat blijkbaar toch redelijk goed toeven zo ver noordelijk. Gedroogde kabeljauw (stokvis) en visolie werd verhandeld, er werd op walvissen, zeehonden en otters gejaagd en ze gebruikte het drijfhout uit Siberië om huizen te bouwen en te verwarmen. Er zijn ook tekenen in het ruige kustgebied dat er 2000 jaar geleden al een dorpje was. Hier zijn graven van Sami (Noorse inheemse bevolking) en Pomor (Russische inheemse bevolking) gevonden. Er is ook één steen in het gebied die heel anders is dan de rest. De mythe gaat alsvolgt. In de 18e eeuw woonde er een heks in Steinvåg. Haar naam was Gisken en ze was niet erg populair onder de mensen. In de nacht ging ze vaak op pad om dingen te stelen. Zo kwam de boer regelmatig ’s ochtends bij zijn koeien en dan waren alle uiers leeg. Op een ochtend lukte het Gisken niet om de koe op tijd af te melken en op haar weg naar huis werd ze door de zonnestralen geraakt waarna ze meteen veranderde in een steen. De mensen werden wakker van een vreselijke schreeuw en toen ze gingen kijken zagen ze een enorme steen staan. De steen was zo heet dat de mensen zicht eraan brandde.
We lopen verder en vinden het labyrint, deels zichtbaar en deels niet zichtbaar door de begroeiing maar vooral met de drone is het duidelijk te zien dat het een labyrint is. Er zijn geen tekenen dat hier ook echt mensen hebben gewoond maar er zijn wel graven in de buurt van het labyrint gevonden. Waarschijnlijk werd het labyrint voor religieuze en spirituele doeleinden gebruikt. Labyrinten zijn op vele plekken in de wereld gevonden. De eersten op Kreta tijdens de bronstijd (3200 – 600 v.Chr.) en al snel werden er overal in de wereld labyrinten gebouwd die zich geleidelijk verspreidden, van Zuidoost-Azië tot Noord-Europa. Het labyrint in Finnmark werd waarschijnlijk tussen 1200 en 1700 na Christus gebouwd. Ondanks dat het niet helemaal bekend is waarvoor deze labyrinten precies gemaakt zijn, voelt het heel fijn om hier te zijn. We blijven dan ook best een tijdje ‘hangen’, wandelen wat rond, lopen door het labyrint, mediteren en genieten van het ruige door gletsjer ijs uitgeslepen landschap en het wijdse uitzicht over de Barentszee. Tot slot als we weer richting het begin van de hike wandelen komen we nog het verlaten dorpje Hollandervika tegen, letterlijk vertaal Hollandse inham. De werf en de kade is nog steeds best goed zichtbaar en in 1860 is hier een Nederlandse walvisvaarder vergaan met een vrachtschip met hout. De locals zullen wel erg blij met het hout geweest zijn aangezien hier geen enkele boom te vinden is in de wijde omgeving.
Klik hier voor meer foto’s van de trip (Via de gele sterren kom je bij de desbetreffende locatie)
Wat een genot was het om met jullie onderweg te zijn!
Ik geniet nog steeds na, heerlijk!
Ennu…
Hiep hiep ❤️
Wat een mooie reis verhaal weer
Wat maken jullie van alles mee
Lieverds Wat geweldig
En Wat een lieve mensen die jullie ontmoeten
En jeroen echte zeebenen heeft een echte zeeman ook
Ik kijk al weer uit naar jullie volgende verhaal
Veel liefs van mij voor jullie samen goede reis verder
Voorzichtig zijn
Wat een prachtige foto’s en mooie verhalen. Het is zo fijn om op deze manier met jullie mee te reizen.
Al die lieve mensen die op jullie pad komen. Jullie verdienen dit.
Wij missen Noorwegen nu al, wat een fijn land, wij gaan zeker terug.
Geniet lekker samen lieverds en soms met een vriend aan boord, hoe leuk is dat.
Liefs van ons. 😘
Nice breeding, bon voyage :)
Fantastisch! Ik hou van jullie verhalen, foto’s, ontmoetingen en alles bij elkaar denk ik dat er best een mooi boek en documentatie aan kunnen komen
Heb weer genoten ! Een eindje met jullie meegereisd. Zo leuk met Jeroen erbij😁. Een echte levensgenieter zo te zien. Waar ik ook enorm van genoten heb is van de kunstenares Vlija Vitkute. Wat bijzonder en prachtig. En wat zou ik van haar graag iets willen hebben!! Kijk weer uit naar jullie volgende verslag. Blijf alert met wat jullie doen en geniet 🍀 En natuurlijk heel veel liefs van mij😍
Wat een leuk filmpje weer van jullie spannende hike, wat een lekker gek stel zijn jullie toch 🥰 ben benieuwd waar het gewei aan boord een plekje heeft gekregen!