We vieren de zomer in Noorwegen. Wat een prachtig weer hebben we deze dagen. Het is begin september en ik had niet verwacht dat we nog van dit mooie weer zouden hebben. Nou ja, ‘mooi’ is natuurlijk betrekkelijk, maar ik vind zon, strakblauwe lucht en 24 graden wel echt mooi weer. We zijn redelijk laat in het seizoen en ik dacht, hoe noordelijker we komen, hoe sneller de zomer voorbij zou zijn, maar niets is minder waar. Weinig wind is een ander thema. Weinig wind betekent natuurlijk niet echt zeilen, maar weinig wind zorgt meestal wel voor aangenamere temperaturen, mits het dan weer geen 35 graden is… Lastig eigenlijk hè, wat is nou ‘mooi weer’. Ik denk dat de afwisseling ook fijn is. Soms even geen wind is helemaal niet erg, we hebben een goede, niet al te lawaaierige motor en ondanks dat we kostbare diesel verstoken komen we wel vooruit. Het landschap is, ook zonder wind, vaak sprookjesachtig door het spiegelgladde water. Als we op de motor varen en niet zeilen hoeven we ook niet zo’n rekening te houden met dat alles slingervast moet zijn binnen, dat wil zeggen; geen rondslingerende kopjes, kaarsjes, toiletspullen, boeken… zeg maar alles wat in een normaal huis ook rondslingert :-). Dat moet allemaal opgeruimd zijn als we gaan zeilen. Nu zijn we daar natuurlijk op ingesteld en staat het meeste standaard goed vast. Maar er vliegt nog wel eens een la open tijdens het varen waarna bijvoorbeeld al het bestek door de boot ligt verspreid, dus ook de push-lock knopjes van de lades zitten nu in het vaste check-rondje voor vertrek. Daarentegen is een stevige, niet al te vlagerige wind ook heerlijk; alle zeilen erop, Saraban’de op één oor (lichte helling waardoor ze heerlijk door de golven snijdt), ‘gratis’ voortbewegen, geen geluid van de motor en één met de elementen.
De komende dagen is er weinig wind voorspeld en omdat we graag verder willen wordt het motoren. We vertrekken vanuit Ulsteinvik richting Dragsund, waar we met Unni hebben afgesproken. Unni hebben we in de bergen van Nerlandsøya ontmoet en na een leuk gesprekje nodigde ze ons uit om langs te komen. ‘Ik verblijf een paar weken in het huis van mijn oom. Als jullie het leuk vinden kunnen jullie de boot in het haventje vlakbij of aan de mooring voor het huis aanleggen!’. Het is een tocht van ongeveer drie uur varen dwars door de zogeheten Green Corridor van Noorwegen. Het is werkelijk prachtig. Overal kleine eilandjes, smalle doorgangetjes, groene heuvels en imposante hoge bergen op de achtergrond. Het is navigatie-technisch ook een uitdagende route, we moeten goed opletten dat we niet aan de grond lopen of tegen een rots aanvaren. Vaak sturen we handmatig op lastige stukjes en op langere rechte stukken stuurt de stuurautomaat voor ons.
Het vaar-landschap in Noorwegen is echt fascinerend en zo anders dan dat we in Nederland gewend zijn. Daar varen we met name op het IJsselmeer en de Waddenzee, waar de diepte tussen de 2 en 20 meter varieert. En deze 20 meter is dan in één van de diepere geulen op de Waddenzee. Maar meestal is het zo’n 5 meter max. waar we rekening mee houden. Dichtbij de kust loopt de diepte langzaam of geleidelijk op en hoef je niet bang te zijn dat er ineens een steen het water uitsteekt. In Noorwegen varieert de diepte gemakkelijk van 2 tot 400 meter en is er van ‘geleidelijk’ echt geen sprake. De enorme bergen die je boven water ziet zitten net zo goed onder water, welke als raketten boven de waterlijn uit schieten. Je vaart dan soms zo dicht langs een rots dat je hem bijna kan aanraken, en nog heb je 50 of soms zelfs 100 meter water onder de kiel. Dat is gewoon niet voor te stellen in Nederland. In het begin moesten we hier heel erg aan wennen, want dichtbij land (of in dit geval een steen) betekent in Nederland altijd problemen. Maar hier dus niet. Langzaam krijgen we meer vertrouwen dat de aangegeven diepte op de kaart eigenlijk altijd klopt en dat het inderdaad veilig is om zo dicht langs te de rotsen te varen.
Aangekomen in Dragsund is het even puzzelen hoe we kunnen aanleggen. We kunnen het kleine haventje verderop zien liggen waar plek lijkt te zijn, maar het lijkt ons veel leuker om direct voor het huis aan te leggen. We weten niet precies welke het is, maar op de heuvel staat een schattig wit houten huisje en beneden drijven twee grote ballen met ijzeren pin in het water, de moorings. Dit moet het haast wel zijn. We knopen de voor- en achterkant van Saraban’de vast aan deze drijvende ballen en omdat we wel erg dicht naast een rots liggen brengen we een hekanker uit. Dit anker aan de achterkant van de boot zorgt ervoor dat we niet verder richting de rots kunnen drijven. Zo, volgens mij liggen we nu wel goed vast! Het is wat improviseren op deze manier, als je onderwater kijkt liggen we echt heel dicht langs de rots maar het is op dat moment laag water dus dieper komen we niet te liggen. Het hekanker ligt ook goed vast dus dit moet goed komen. Ik vlieg nog even wat rondjes met de drone en stuur Unni een dronefoto van waar we liggen om te checken of we goed zitten. Unni is op dat moment nog één van de omringende bergen aan het beklimmen en haar treffen we ’s avonds. Wel krijgen we al snel reactie dat we inderdaad voor het goede huis liggen, mooi!
Het is inmiddels etenstijd en we hebben goed trek. De overheerlijke gehaktballen van het gehakt van Mats zijn inmiddels op. Matthijs maakt een groente prutje met karbonade van Mats zijn vlees en weet hier een werkelijk fantastische jus bij te brouwen. Ik sta helemaal versteld van deze kookkunsten. ’s Avonds komt Unni langs met haar hondje Daisy voor een kopje thee, wat is het leuk om elkaar weer te zien! We maken een plannetje voor de volgende dag en niet al te laat ‘brengen’ we Unni en Daisy weer naar de wal. Omdat we aan de moorings liggen moeten we Hans (zo heet onze bijboot) gebruiken om van A naar B te komen. We hebben een lijntje van de boot naar de wal gespannen en hieraan kunnen we ons dus gemakkelijk als een soort pontje heen en weer trekken. Wat zouden we zonder Hans moeten :-).
De volgende ochtend, terwijl de mist langzaam optrekt en plaats maakt voor de zon, nemen Unni, Daisy en ik een frisse duik vanaf de boot. Er staat een sterke stroming dus het is belangrijk dat we dichtbij de kant blijven. Verderop zien we een rots vol met mosselen en besluiten dat dat ons avondeten wordt. We zwemmen terug voor een emmer waarna ook Matthijs ons komt vergezellen. Ik ben helemaal in mijn element in het frisse water en wordt superblij van het plukken van wilde mosselen. Unni is nu al zo’n toevoeging aan deze reis, zonder haar was ik denk ik niet (zo lang) het water in gegaan en al helemaal geen mosselen gaan plukken.
’s Middags, na een overheerlijke lunch in Unni’s tuin, neemt ze ons mee naar het museumeiland Herøy. Unni is helemaal weg van de geschiedenis van Noorwegen en vertelt honderduit. Dat begon al op de berg van Nerlandsøya en nu laat ze ons het ook nog met eigen ogen zien. Onze spraakwaterval vertelt dat het gebied waar we nu zijn een hele rijke geschiedenis heeft. Op Herøy ontdekken we dat in levende lijve en wanen we ons zo’n 1000 jaar terug in de tijd. ‘Herøy is het eiland van de sagen’, legt Unni ons uit. ‘Door de strategische ligging kwamen de mensen hier in 1100 al vanuit alle windhoeken samen. Toen er nog geen wegen waren was de zee de snelweg en Herøy een drukbezocht kruispunt. Er was een klooster, een begraafplaats en een kerk, waarvan de ruïne nog te zien is. Vanaf ongeveer 1770 werd het eiland een handelscentrum met een haven, een visafslag, een gastenverblijf én een postkantoor’.
We lopen verder over het eilandje, welke in een uurtje van noord naar zuid te lopen is, en zien de ruïne en de begraafplaats. Hier zien we ook een groot ijzeren kruis met de tekst “Anna med barnet – 2.2.1841”. ‘Anna med barnet (Anna met het kind), is één van Herøy’s sagen’, vertelt Unni. ‘Anna stierf tijdens de bevalling van haar achtste kind en werd hier begraven. Jakob Olsen, een vriend van de familie, liep na de dienst nog even langs Anna’s graf. Hij hoorde geschreeuw uit het graf en alarmeerde meteen de buurt. De kist werd geopend maar helaas, Anna en de baby waren beide levenloos… Ter nagedachtenis aan Anna plaatsten de bewoners dit ijzeren kruis. Bizar verhaal hè?’. Nou, dat kan je wel zeggen ja.
‘Kennen jullie de sage van Saint Sunniva ook?’, vraagt Unni. ‘Dat is nóg een typisch oud Noors verhaal’. We hebben beide geen idee dus kom maar op met dat verhaal :-). ‘Sunniva was een Ierse prinses uit de 10 eeuw. Omdat een heidense koning met haar wilde trouwen vluchtte ze met haar volgelingen vanuit Ierland naar Noorwegen. Nou ja, hier spoelden de drie schepen zonder roer, zeil of roeispanen aan. Twee schepen ‘landden’ op Selja, vlakbij Stadlandet en één schip hier in de buurt. Op Selja verbleven Sunniva en haar volgelingen in grotten, biddend en levend van vis. De plaatselijke bevolking was bang voor de vreemdelingen en verdachten hen van het stelen van schapen. Ze lichtten Viking-koning Håkon Jarl in en hij stuurde soldaten om de vreemdelingen te doden. Sunniva en haar volgelingen baden tot God om de grot in te laten storten zodat ze niet in handen van de heidenen zouden sterven. De grot stortte in, Sunniva en haar volgelingen kwamen om. De bemanning van een voor anker liggend schip zag een vreemd licht boven het eiland, dat vanuit de lucht naar beneden scheen. Ze lichtten de koning en bisschop in en de grot werd uitgegraven. Ze vonden het lichaam van Sunniva, dat volgens de legende geheel intact was en eruitzag alsof ze sliep. Haar witte en glanzende schedel rook zoet. Dit is zeker het hoofd van een heilige, dachten ze. Sunniva werd later heilig verklaard en is nog altijd de beschermheilige van de Noorse kerk van Noorwegen, het bisdom Bjørgvin en van heel West-Noorwegen’.
’s Avonds genieten we van de vers geplukte mosselen en thee bij de open haard. De volgende ochtend nemen we weer een duik waarna Unni mij meeneemt naar Ørsta, een stadje verderop. Ik vind het helemaal leuk om met de auto op pad te gaan en de wereld even vanaf de weg te zien. Een compleet andere belevenis dan continue op het water. Alleen al door de tunnels rijden vind ik geweldig. We gaan ook nog door de diepste tunnel van de wereld, de Eiksundtunnel. Maar liefst 7.765 meter lang en 287 meter onder zeeniveau! Niet te lang over nadenken wat hier allemaal mis kan gaan. Nog een leuk weetje over Noorwegen; zodra een weg of tunnel is afbetaald wordt de tol opgeheven. Dit kan je in andere landen toch niet voorstellen? Dus deze tunnel koste bijvoorbeeld 50 miljoen euro. De tol bedroeg, vanaf de opening in 2008, zo’n 8 euro. In 2014 zijn alle bouwkosten terugverdiend en sindsdien hoeft men geen tol meer te betalen. Geweldig.
’s Avonds maken we pizza in Unni’s huis en we gaan redelijk vroeg onder de wol. De derde en laatste dag dat we bij Unni zijn gaan we op pad met de bijboot. De omgeving is prachtig en met de bijboot kunnen we op de meest smalle en ondiepe watertjes komen. Bij een eilandje verderop leggen we de boot aan een rots vast en gaan op verkenning. We hebben Matthijs z’n machete uit Honduras mee en Unni weet er wel raad mee :-). Er zijn geen paden op dit eiland dus deze maken we zelf. Onderweg snoepen we van de blauwe bessen en kijken we uit naar paddenstoelen. Terug bij de boot nemen we nog een duik en geniet ik met volle teugen van de onderwaterwereld met mijn duikbril en snorkel. Echt niet gedacht dat ik dit in Noorwegen zou gebruiken, haha. Honderden visjes en prachtige waterplanten om me heen. Het is zo’n 22 graden buiten en het water een graad of 15 denk ik. We houden het alle drie behoorlijk lang uit. Op de rots warmen we op in de zon en chillen nog wat met de bijboot op de achtergrond.
Opeens spoelt er, door een voorbijvarende boot, een enorme golf over de rots en bijna al onze spullen verdwijnen in het water! Matthijs springt snel het water in achter het hoesje van mijn telefoon aan met alle pasjes erin (geen telefoon gelukkig). Unni en ik snellen ons naar de andere kant om kleren, Daisy’s hondenredvest en Unni’s tas uit het water te vissen. Unni houdt op dat moment de drone vast en weet hem net op tijd aan mij te geven terwijl zij zelf ook van de rots afglijdt het water in. Ik kan hem op mijn beurt weer net op tijd aan Matthijs geven, die inmiddels weer uit het water is, en glij zelf ook met kleren en al het water in! Gelukkig is er niks naar de bodem verdwenen, hebben we alle spullen nog én is de drone droog gebleven, dat ging maar net goed! We kunnen er alle drie wel om lachen en besluiten onze tocht voort te zetten. Gelukkig is het niet koud en houden we het nog wel even uit met onze natte kleren. We varen en peddelen nog ongeveer een uurtje rond in de omgeving en keren dan huiswaarts voor een warme douche. Vanavond is het onze beurt om de innerlijke mens te verzorgen en ik maak een Thaise curry aan boord. Na het eten maken we een kampvuurtje op de rotsen naast de boot. Het lijkt wel of de leuke dingen gewoon niet ophouden deze dagen :-). De volgende dag is het dan toch tijd om weer verder te trekken. Na een koffietje in de tuin en een ‘groet’ in het gastenboek van het huis nemen we afscheid. Ik hoop oprecht dat we Unni nog eens zullen treffen ergens.
Wat fantastisch om mensen als Unni te ontmoeten en daar zoveel mooie verhalen van te horen. Fantastisch ook van jullie zwemplezier en het mosselen plukken en …nou ja alles leest als helemaal geweldig!! Zo blij voor jullie ♥️🍀🍀
Dank je Ellie, zo leuk altijd jouw reacties! ♡
Heerlijk verhaal, op z’n Deborah’s
♡
Fantastisch, wat een avonturen! En wij geloven bijna niet dat jullie zulk warm weer hebben 🙄 hier horen we 2 graden …. nog zwemmen in oktober, het is ongelooflijk!! De reis is nu al onvergetelijk, maar goed dat je alles bij houdt.
Hoi Desirée! De blog loopt wat achter op de realiteit hoor :-) in dit verhaal is het begin september, we zitten nu ook volop in de herfst en de eerste sneeuw is al gevallen, maar die verhalen laten nog even op zicht wachten :).
Wat weer een mooi verhaal! Al die indrukken, wordt dat soms niet even teveel?
Nou dat kan je wel zeggen ja! Soms is het allemaal zo veel dat ik bijna bang ben dat ik niet genoeg geniet, als dat geen luxe probleem is :-)
Wat weer een prachtig verhaal en heerlijke avonturen. Fantastisch om leuke mensen te treffen op jullie reis, die verhalen kunnen vertellen van de omgeving waar je dan bent.
Ik smul ervan! Geniet en ik kijk uit naar je nieuwe blog! Liefs! ❤️😘
Prachtig Deborah, ik geniet met jullie mee.
Hoi genieters!
Wat een heerlijk verhaal weer, niks lekkerder dan zelf “gevangen” mosselen. Het hoort zo bij varen, het hoort enorm bij Noorwegen. Unni gaan jullie nog wel een keer tegenkomen denk ik. Jullie houden toch contact met haar? Ik ben gelukkig niet de enige die achterloopt Deborah ;-). We kijken reikhalzend uit naar je volgende blog! Hou de spirit positief, jullie blik naar de wereld om je heen open en de wind in de zeilen, dan blijven deze bijzondere verhalen komen.
Hou de vaart erin!
Groetjes
Wilma Naafs
Hoi lieve mensen,
Wat mooi om zo mee te genieten van jullie prachtige tocht en avonturen.
En ik proef alle heerlijkheden die er worden bereid
Liefs Wout
Wat een verhaal debora en mattijs wat jullie allemaal beleven en horen van unni en wat beleven jullie avonturen
Fijn dat de drone en pasjes zijn gespaard zijn gebleven
En wat een prachtige natuur en fotos
Wij wensen jullie goede reis verder
Lieve groetjes geert en gerda.