Wat een spanning om te vertrekken, wat een angst. Ik ben er gewoon helemaal ziek van. Een dag voor vertrek al. We hoeven niet te gaan. Maar ik weet dat we moeten gaan. Want we zijn onderweg, en we gaan verder. Het onbekende in, de onwetendheid. De grote ruige zee. De golven kletsen tegen de rotsen naast het baaitje waar wij beschut liggen voor de harde zuidwester wind. De zee bouwt zich op en op. Straks gaat de wind liggen en kunnen wij gaan, een weergaatje van zuid oost 15 knopen (windkracht 4), beter wordt het niet. Maar die golven, worden die dan ook minder? Ik bedenk me zoveel in mijn hoofd. Als we een stuk de zee op zijn is het water dieper en worden de golven vast minder. En we gaan met de wind dus ook met de golven mee, dat is altijd fijner dan ertegenin. Maar man, little do we know. Geen idee hoe de golven zich hier gedragen langs de Noorse kust. En kruis zeeën zijn er ook, maar waar en wanneer? Thomas, onze Duitse buurman en ervaren zeiler, ook langs de Noorse kust, verzekert ons dat de omstandigheden prima zijn om te gaan. “You should take this opportunity”. En ik weet dat dat zo is. We vertrekken rond 12:00 uur, dan is de wind nog iets meer gaan liggen en trekt de laatste bui voorbij.
Saraban’de en Manatee rustig in het baaitje met de woeste zee erachter….
Het begin is inderdaad erg hobbelig, hoge golven van zo’n 2 meter van verschillende kanten. We zetten de bezaan vanuit de kuip om het rollen een beetje tegen te gaan, met druk in een zeil helt de boot wat naar een kant en rol je minder. Dan zetten we de juiste koers richting het noorden en varen we ruim voor de wind. De kotterfok erbij, de grote fok en even kijken hoe het gaat. In deze golven ga je liever niet naar het voordek om het grootzeil te zetten als het niet hoeft. Maar we hebben te weinig zeil op staan en met 15 knopen wind hebben we gewoon meer zeil nodig. Dus we gaan 60 graden aan de wind varen en ik zet het grootzeil. De grootzeilval zit om de bakstag heen dus moet ik ook nog de mast een stukje inklimmen om dit te verhelpen. Weer een goede les voor de volgende keer, extra checken. Gelukkig lukt het, de boot rolt nog steeds hevig van links naar rechts, maar door mijn focus en concentratie krijg ik niet zoveel mee van wat er verder om me heen gebeurt. Dat scheelt. Ik hijs het grootzeil en klim weer terug naar de kuip, even bijkomen. We zeilen zo’n 7 knopen de goede kant op en de golven zijn inderdaad iets minder dan toen we vertrokken. Dit gaat goed! Door de spanning en al het geweld van de zee dat ik niet gewend ben begin ik wat misselijk te worden. Matthijs zegt meteen dat ik moet gaan sturen en dat doe ik. Gelukkig helpt dat. Ik voel de boot onder me, ik voel de beweging van de golven en ik voel dat ik controle heb over de situatie. Met mijn neus in de wind starend naar de horizon ben ik heerlijk aan het zeilen. Ik kan zelf genieten hiervan, wat een overwinning. Zo varen we nog een paar uur door en wisselen het sturen wat af, soms zetten we de automaat erop wat ook prima gaat.
Het sturen helpt tegen de misselijkheid
Langzaam begin ik wat moe te worden en ook weer wat misselijk van het gerol. Pff, ben wel blij als we er zijn hoor. Maar ergens voel ik dat we nog wat op ons dak krijgen. De wind zou afnemen maar niets is minder waar, de wind trekt alleen maar aan tot zo’n 25 knopen (windkracht 6). De golven worden ook hoger en komen van allerlei kanten. Waar ze eerst voorspelbaar waren is er nu niet echt een touw aan vast te knopen. Soms is er dan ineens zo’n mega golf met een mega dal. Het is zo impressive! Oja, Matthijs heeft zijn rib gekneusd en kan naast sturen dus helemaal niks. Klein detail. Ik doe dus al het ‘werk’ en klim, kruip en glij over het dek heen. Met lifelines haak ik mezelf aan waar kan. Eerst strijken we de bezaan, en om te strijken moet me minimaal 60 graden aan de wind varen anders komt het zeil niet naar beneden. Maar aan de wind is tegen de golven in dus nog veel meer beweging en ruiger dan met de golven mee. Ik sta een soort van de balanceren op het deinende achterschip en met man en macht doek ik het zeil op de giek. De achterflap hangt nog een soort van los maar het is goed zo. Daarna een rif in het grootzeil zetten. De giek zit alleen nog vast met een bulletalie op de voorbolder. Dit is een soort veiligheidslijn die van de giek naar de voorbolder of middenbolder loopt en ervoor zorgt dat je geen klapgijp kunt krijgen. Ik moet dus eerst helemaal naar de voorpunt om dit los te maken. Dit lukt en weer gaan we 60 graden rollen in de golven. Een rif zetten is altijd als het nét te hard waait dus tegen de wind in varend giert de wind om mijn oren terwijl ik bij de mast sta. Ik kan me gelukkig weer volledig afsluiten van wat er om me heen gebeurt en concentreer me op het rif zetten. Dit gaat vlekkeloos en snel is het zeil een stukje kleiner. Ik kruip weer terug naar de kuip, we pakken de ruime koers weer op en waaien richting het eiland waar we moeten zijn.
De misselijkheid is helemaal weg door alle commotie en inspanning. Vol geconcentreerd navigeren we tussen de rotsen door en letten we goed op alle ondieptes om ons heen. De volgend koers die we moeten varen is nog ruimer en we moeten zelfs gijpen om de koers te kunnen varen (het grootzeil moet dan naar de andere kant). Maar in deze harde wind en hoge golven is het te gevaarlijk om te gijpen dus maken we een stormrondje. Is een stuk veiliger omdat je overstag gaat en de krachten beter te handelen zijn, maar weer tegen de golven in dus, ruig. De bulletalie moet los dus ik glij eerst op mijn kont richting de middenbolder om dit te doen. Dan terug naar de kuip en de genua wegdraaien. Dit stormrondje doen we alleen met grootzeil en kotterfok. We spreken van te voren de procedure goed door en dan gaan we ervoor. Matthijs stuurt de boot hoog aan de wind. Ik zet de kotterfok strak en draai het grootzeil binnen. We gaan nog maar 2,5 knoop en komen dus bijna niet vooruit. Terwijl we een golf afglijden is het ‘klaar om te wenden, ree!’. Ik gooi de fok los van de lier maar deze zit nog vast in de klem. Shit! Snel maak ik hem los maar de boot draait niet. We krijgen de neus niet door de wind dus we vallen weer wat af. Snelheid maken en nog een keer proberen. Met 2 knopen gaan we er nog een keer voor, “Ree”! Fok los en daarna fok bak. Dat helpt en de neus draait mooi door de wind. Dan snel afvallen en grootzeil vieren. Niet de beste overstag manoeuvre maar het grootzeil is aan de andere kant. En er is weer wat rust.
Rollend en van de golven surfend navigeren we naar het eilandje Rott. Vlak voordat we er zijn vraag ik afgepeigerd aan Matthijs wat we eigenlijk gaan doen, ankeren? Aanleggen? Aan een steen? Plan is aan een steiger dus alle stootwillen en lijnen moeten worden klaargelegd. Ik kan niet meer. Maar Matthijs kan ook niet. Dus natuurlijk ga ik ervoor en zorg ik dat we de boot goed gaan aanleggen. We zijn in de luwte van het eiland en de golven zijn weg. Uit de opbergruimte achter pak ik alle lijnen en vervolgens naar de voorpunt om daar de stootwillen uit te halen. Dan komen te tranen. Ik voel me helemaal leeg en uitgeput. Ik denk alleen maar ‘waarom doe ik dit???’ Dit is gewoon niet leuk, vreselijk zelfs. Afzien. Zwaar. Hoe doen mensen dit dagen achter elkaar?? Dat kan ik echt niet.
Maar hoe bizar dat je zodra je aanlegt alles vergeten bent? We worden warm ontvangen door de buurboot die onze lijntjes aanpakt. Ik voel me een overwinnaar. Ik heb gezeild alsof m’n leven ervan af hing en dat voelt niet alleen figuurlijk. Er was echter geen moment geen controle en alle handelingen die we hebben verricht waren zo gecontroleerd, zo goed uitgedacht. Geen moment gedroeg de boot zich onverwacht of onveilig. Geen moment was er spanning tussen ons. We hebben gedaan wat we moesten doen, als een team. Matthijs geeft me een groot compliment als we vastliggen, ‘je hebt het echt fantastisch gedaan vandaag’. Ik voel me ook fantastisch, en ook leeg tegelijk. Mijn emoties gaan van ‘huh, een uur geleden wist ik niet of ik dit avontuur nog wel leuk vind, en nu voel je je weer goed? Een overwinnaar? Denk je, wanneer gaan we weer verder?’ Het maakt me in de war en doordat ik zo moe ben kan ik er niet echt wat mee. Matthijs stelt voor dat hij buiten even opruimt en ik eten maak. Na het eten voel ik me alweer een stuk beter en lopen we nog een rondje over het eiland. Ik besef hoe bijzonder het is wat we doen, dat we al helemaal hierheen gezeild zijn en dat er gewoon bij hoort dat het niet altijd gemakkelijk is. We hebben zelfs energie over om de buren uit te nodigen voor een borrel, een Hollands Schippersbittertje met z’n vijven.
De volgende dag hebben we een luie dag. Matthijs heeft nog meer last van zijn gekneusde rib dus we moeten echt even rustig aan doen. ’s Middags maken we een lekkere wandeling en zittend op een steen deel ik mijn gedachtes. De spanning die ik heb, de spanning die zich soms van tevoren opbouwt als we gaan en dat ik bang ben dat dit erger wordt. Ik zou het zo jammer vinden als ik elke keer ziek van de spanning ben om te gaan. Of dat ik op een gegeven moment helemaal niet meer wil. Ik snap ook niet echt waarom ik wel wil, of weer wil. Maar de drang om weer naar zee te gaan, waar we op dat moment overheen staren, is groot en dat is zo bizar. Maar ook fijn want dat geeft vertrouwen. Matthijs zegt dat het erbij hoort en dat ik die gedachtes niet veel aandacht moet geven. Want alles wat je aandacht geeft groeit. “Je hoeft het ook niet weg te stoppen”, zegt hij, “maar niet groter maken. Het was een leerzame dag en dit hoort erbij. Dit is misschien 20% van wat we nog gaan meemaken qua intensiteit. We hebben deze ervaringen nodig om te groeien in onze skills, we worden elke keer weer iets meer uitgedaagd. En de boot deed het fantastisch, die kan echt heel veel hebben. Het is alsof we nu met een tank over de Drentse heide rijden, terwijl de Sahara nog voor ons ligt.” Ergens is er een stem die schreeuwt neeeeee nog meer dan dit? Maar ergens weet ik ook dat als ik nu hetzelfde zou meemaken als gister ik al een stuk rustiger zou zijn, omdat je de boot, jezelf en elkaar beter hebt leren kennen. Het gaat dus van angst en spanning naar vol vertrouwen. Het geeft me in ieder geval het gevoel dat ik leef, echt leef. En dat gevoel om verder te gaan, verder te willen geeft me een heel fijn en sterk gevoel. Ik ben nog niet klaar.
FEAR, understanding and accepting the insecurities of Life… “Only by bringing the light of understanding into fear’s dark corners, airing out closets and opening windows, and looking under the bed to see if a monster is really living there, can we begin to venture outside the boundaries of our comfort zone and learn to live with, and even enjoy, the fundamental insecurity of being alive. Fear ends with a series of meditation experiments designed to help readers experience a new relationship with fear and to begin to see fears not as stumbling blocks, but as stepping stones to greater self-awareness and trust.”
Wow, wat een verhaal! Trots op jullie
Oh jongens wat herkenbaar en wat stoer. Jullie zijn gewoon vertrokken, dit zijn de tochten die niet leuk zijn maar achteraf je wel het echte vrijheid gevoel geven. En kijk op wat voor plaatje jullie al liggen! Geniet er van!
Ja zo is het inderdaad! Mega gevoel van vrijheid. Lief jullie reactie!
Wow echt ongelooflijk!! Wel heel erg stoer en dapper! Ik blijf jullie volgen
Jeetje, ik zit met tranen in mijn ogen. Zoo stoer, maar ook wel mega spannend.
Prachtig, ik ga jullie volgen op jullie reis.
Heel veel succes en vooral ook plezier. 😘
Wat heb je dit supergoed beschreven en heel herkenbaar! Jullie zelf blijven uitdagen geeft ook meer kracht en vertrouwen. Oh ja en in de haven weer aanleggen en dan die ontlading en trots! Echt hè!
Heel indrukwekkend…. ik wil meer :-))
xxx
Wat een belevenis wat een hell of a job you did. Trots
Wow! Superr gaaf en heel mooi geschreven.
Ik ga jullie ook zeker volgen hier!
Getverrr Deborah, ik word al misselijk als ik het lees .. zó begrijpelijk jouw gedachten en gevoelens! Maar door deze ervaringen verleg je iedere keer weer je grenzen en worden jullie alleen maar sterker en beter op elkaar ingespeeld. TOPPERS!!! Liefs uit Ketelhaven
Liefs terug aan jullie! Leuk dat jullie ons volgen ♡
Wat een tocht Deborah, wat zijn jullie een bikkels. En wat kun jij prachtig schrijven. Dat raakt ons echt.
Wij blijven jullie volgen. Lieve gr. Rob en ivonne van de Timeless, ketelhaven
Wat leuk dat jullie ons volgen! En bedankt voor jullie lieve berichtje, het is ook erg leuk om blogs en filmpjes te maken onderweg :) hopelijk alles goed in de Ketelhaven!
Hoi Deborah en Matthijs,
Oooh wat is dit herkenbaar, die gevoelens, die twijfels, maar dan toch gewoon doorvaren, als een schip erg rolt is dat nooit fijn, maar jullie hebben het gedaan. Deborah je hebt jezelf meer dan overtroffen, daar mag je oprecht trots op zijn.
Blijf bloggen alsjeblieft! Ik lees dit als je 2e blog klopt dat?
We zeilen in gedachten met jullie mee hoor, reken maar van yes!
hallo Mensen,
Leuk om jullie blog te lezen.
Ik woon ook op een Jade. Een 42 voeter en de kleur van mijn schip is nagenoeg dezelfde : traffic yellow
Graag zou ik een paar fotoos van het interieur willen bekijken.
Groet Franklin
Hoi Franklin, wat grappig dat je ook op een Jade woont! Via deze link kan je wat foto’s van het interieur zien: https://www.devalk.nl/nl/jachtmakelaardij/251510/JADE-44.html
Dag Matthijs en Deborah,
mijn zusje Laura is een nicht van je moeder Wiesje, en ik dus een neef en via Laura hoorde ik van jullie.
Ik ben Wim de Kleine en mijn partner is Pauline.
Wat fantastisch dat je, als familielid en achterneef, hetzelfde doet als wij van 2006 tot 2015 hebben gedaan. Wij hebben 10 jaar op de boot gewoond en gezeild en altijd naar het Noorden. Vanaf de zuidkust van Noorwegen was onze vaste tussenstop ROTT, nadat we daar een keer met 7Bft onze toevlucht hadden gezochr en gevonden. Wij zijn tot en met de Lofoten gegaan. Later met de Hurtigrute in de winter naar Kirkeness. Met vrienden hebben we op Spitsbergen gezeild .
Ik begreep dat je binnenkort in Nederland komt. Misschien leuk om elkaar te ontmoeten.
Groet, Wim en Pauline